Tessa (1994) werkt als ambulant maatschappelijk werker bij Blijf Groep in Wormerveer. Ze begeleidt mensen die te maken hebben met huiselijk geweld, vaak op het moment dat alles op scherp staat. In dit interview vertelt ze over haar weg naar Blijf Groep, het belang van korte lijnen met netwerkpartners en wat het werk voor haar zo waardevol maakt. “Je kunt iemand niet dwingen om stappen te zetten, maar je kunt er wél naast staan. Als het lukt om samen een situatie weer veilig te maken, is dat voor mij het mooiste wat er is.”

Wat maakte je enthousiast over Blijf Groep?

“Wat mij het meest aansprak in het werk bij Blijf Groep is dat je mensen mag begeleiden in een heel kwetsbare fase van hun leven. Vaak hebben cliënten al met veel hulpverleners te maken gehad, dus het is bijzonder als je toch hun vertrouwen weet te winnen. Het mooiste vind ik dat je samen kleine stappen zet, die voor de cliënt juist enorm groot en betekenisvol zijn. Dat je daar als hulpverlener getuige van mag zijn, voelt echt als een voorrecht.”

Waarom spreekt juist deze doelgroep je zo aan?

“Al tijdens mijn opleiding Social Work voelde ik me aangetrokken tot thema’s zoals loverboyproblematiek en vrouwen in kwetsbare situaties. Die interesse was er eigenlijk vanaf het begin. Ik verdiepte me in onderzoeken en las er veel over; het fascineerde me enorm. Toch had ik eerst het gevoel dat ik nog werkervaring moest opdoen voordat ik echt met deze doelgroep aan de slag kon. Ik wilde eerst steviger in mijn schoenen staan als hulpverlener.”

Hoe zag jouw inwerkperiode eruit toen je net begon bij Blijf Groep?

“Ik heb mijn inwerktijd heel positief ervaren. We werken in een klein ambulant team van vier mensen en ik werd vanaf het begin goed ingewerkt. Het hielp dat ik het netwerk in de Zaanstreek al kende en al ervaring had met tijdelijke huisverboden en het signaleren van huiselijk geweld. Daardoor kon ik meteen inhoudelijk meedraaien en werd ik snel meegenomen in de praktijk. Ik liep in het begin met verschillende collega’s mee, waardoor ik het werk vanuit meerdere invalshoeken leerde kennen.

Daarnaast heb ik in het eerste jaar veel trainingen gevolgd via de Blijf Groeien-academy. Dat is een intern scholingsaanbod van Blijf Groep met zowel verplichte als vrijwillige trainingen. Tot op de dag van vandaag volg ik daar nog steeds interessante modules. Het aanbod is groot en je kunt je overal voor aanmelden. Ik vind het belangrijk om me te blijven ontwikkelen, juist ook in de verschillende vormen van geweld die er zijn. Hoe lang je ook in dit vak zit: jezelf blijven bijscholen is essentieel.”

Wat hielp jou om je snel thuis te voelen in het team?

“Ik voelde me eigenlijk meteen thuis. Ik denk dat er bij mijn sollicitatie bewust is gekeken of ik goed in het team zou passen, en dat was duidelijk het geval. De klik was er vanaf het begin. Iedereen is warm, welkom en hartelijk, en je merkt dat collega’s echt bereid zijn om je te helpen.

Het vertrouwen dat ik kreeg hielp ook. Mijn collega’s lieten me vrij om het werk zelf te ervaren in de praktijk. Ze stonden naast me, maar gaven me ook de ruimte. Dat vond ik het fijnste aan mijn start hier.”

Met welke vragen zat je in het begin en hoe werd je daarin begeleid?

“In het begin had ik vooral veel vragen over Care4, het systeem waarin we de dossiers van cliënten bijhouden. Ik kende de Top 3-methodiek al enigszins, maar wist nog niet goed hoe ik daar in Care4 mee moest werken. Daar had ik echt begeleiding bij nodig. Gelukkig heb ik in die periode wekelijks kunnen overleggen met de procesbegeleider, en ook met de gedragsdeskundige kon ik terecht met mijn vragen.

Daarnaast had ik praktische vragen over het werk zelf. Bijvoorbeeld over welke modules en trajecten we inzetten, hoe de AWARE-knop precies werkt en hoe we dat in de praktijk toepassen. Ook wilde ik meer weten over de noodbedden. Ondanks dat ik ambulant werk, vind ik het belangrijk om ook te begrijpen hoe het residentiële deel van Blijf Groep werkt.”

Wat zou jij nieuwe collega’s willen meegeven over de eerste weken?

“Laat het in het begin een beetje op je afkomen. Je hoeft echt niet alles meteen te weten. Wat mij enorm heeft geholpen, is veel meelopen met collega’s. Daar leer je het meeste van. Mijn collega’s hebben veel ervaring en ik heb daar veel aan gehad.

Stel al je vragen, ook als ze simpel lijken. En wees eerlijk over wat je nog spannend of onzeker vindt. Juist door dat uit te spreken, kun je sneller groeien. Laat ook zien dat je initiatief durft te nemen, dat wordt gewaardeerd.”

Hoe snel kreeg je je eigen caseload, en hoe was dat?

“Omdat ik zelf graag snel een eigen caseload wilde, én al ervaring had met tijdelijke huisverboden en huiselijk geweld in een ambulante setting, kreeg ik vrij snel mijn eigen cliënten. Al na een paar weken mocht ik starten met eigen casussen, waarbij collega’s in het begin nog met me meeliepen. Samen keken we welke zaken ik kon oppakken: is het een complexe casus of sluit het aan bij wat ik eerder heb gedaan?

Inmiddels voelt het alsof ik hier al veel langer werk. Er is geen verschil meer tussen mij en collega’s die hier al langer zitten. Ik ben een aanpakker en wil gewoon aan de slag. Als ik ergens tegenaan loop of iets niet zeker weet, trek ik zelf aan de bel.”

Wat maakt deze functie voor jou typisch ambulant?

“Dat we echt naar de mensen toe gaan. Je bent veel op pad en komt bij mensen thuis, waardoor je hun situatie in de context kunt zien. De ene dag ben ik in de Zaanstreek, de andere dag in Purmerend. Juist dat ‘eropuit gaan’ en werken in de thuissituatie maakt dit werk voor mij typisch ambulant.”

Hoe vaak ben je echt op pad, en waar ga je dan naartoe?

“Op elke werkdag ben ik op pad. Meestal ga ik van de ene afspraak naar de andere. Het is soms even plannen, maar dat hoort bij ambulant werken. Natuurlijk moet er ook administratie gedaan worden. Die doe ik meestal op kantoor, maar als je het afstemt met je team kun je ook een dag per week thuiswerken.

De ene dag ben ik aan de ene kant van Waterland, de andere dag in de Zaanstreek. Zelf werk ik het liefst op locatie. Je vindt me dan ook bijna altijd op kantoor in Wormerveer.”

Kom je ook bij de gemeente of politie over de vloer?

“Zeker. Ik heb regelmatig contact met gemeenten en politie, soms fysiek en soms online omdat dat praktischer is. Het liefst hebben we face-to-face contact, maar dat lukt niet altijd. Ik werk ook veel samen met andere betrokken organisaties, zoals Veilig Thuis, jeugdteams, wijkteams of begeleidende instanties zoals Leviaan en Odion.

Soms gaan we samen met de cliënt naar een afspraak, soms ook zonder de cliënt erbij. In alle gevallen gebeurt dat natuurlijk alleen met toestemming van de cliënt. Soms is het namelijk juist veiliger of prettiger voor hen als wij namens hen gaan.”

Zijn er ook momenten dat je juist veel achter je laptop zit?

“De verhouding tussen op pad zijn en administratief werk is vrij duidelijk: ik ben het grootste deel van de tijd onderweg. Maar uiteraard hoort administratie er ook bij. Tijdens afspraken maak ik aantekeningen, soms door te tekenen of te schrijven, zodat ik het later goed kan uitwerken.

Op kantoor werk ik alles bij in het systeem en zorg ik dat de dossiers up-to-date zijn. Soms plan ik daar bewust een hele dag voor in, zeker als ik een periode veel afspraken heb gehad. Het werk is heel afwisselend, geen dag is hetzelfde, en juist dat maakt het ook leuk.”

Hoe vaak heb je gemiddeld cliëntcontact in een week?

“Cliëntcontact heb ik dagelijks, vaak zelfs meerdere keren per dag. Dat kunnen geplande afspraken zijn, maar ook telefoontjes tussendoor met vragen of in crisissituaties. Soms is het nodig om acuut een noodbed aan te vragen via de bureaudienst. Het contact met cliënten is dus intensief en hoort bij de dagelijkse praktijk van dit werk.”

Hoeveel cliënten heb je gemiddeld tegelijk in begeleiding?

“Dat wisselt. De ene periode heb ik bijvoorbeeld 25 cliënten, en een andere keer zijn het er 18. Dat komt doordat je ook regelmatig trajecten afsluit en vervolgens weer ruimte hebt om nieuwe cliënten op te nemen van de wachtlijst. We hebben daarbij zelf invloed op de caseload. Je kijkt naar hoeveel werkuren je hebt, hoe zwaar je casussen zijn en wat je aankunt. Niet elke casus is even intensief. Sommige mensen zitten al in fase 2, wat betekent dat er minimaal zes maanden geen onveiligheid is geweest. Maar vaak gaat het om situaties in fase 1, waarin er nog sprake is van structurele onveiligheid.

Cliënten worden bij ons aangemeld via netwerkpartners of melden zichzelf aan. Wij zeggen nooit: je moet uit de relatie stappen. We zijn adviserend en kijken samen wat er nodig is om veiligheid te creëren voor de cliënt en de kinderen. Natuurlijk zijn we verplicht een melding te doen bij Veilig Thuis als er sprake is van onveiligheid voor minderjarige kinderen. We proberen echter altijd aan te sluiten bij het tempo van de cliënt en samen te kijken welke stappen mogelijk zijn. Soms is het nodig om door te verwijzen naar residentiële opvang, bijvoorbeeld bij acute onveiligheid. Dat beslissen we niet eenzijdig; het is altijd afhankelijk van de situatie en de bereidheid van de cliënt.

We hopen natuurlijk dat de ouder – man of vrouw – zich laat ondersteunen door Blijf Groep. Maar als het gaat om de veiligheid van jonge kinderen, zijn we verplicht om te handelen, ook als de ouder dat nog niet wil. Daar zijn we altijd open en transparant over.”

Wat maakt het werk dynamisch of afwisselend?

“Dat elke dag anders is. Je kunt van tevoren een planning maken, maar het gebeurt regelmatig dat je die helemaal moet loslaten. Bijvoorbeeld vorige week en de week daarvoor had ik allebei de weken een noodbedplaatsing vanwege een acuut onveilige situatie. Dan moet je meteen schakelen en alles opzijzetten om veiligheid te organiseren. Juist die onverwachte wendingen maken het werk zo dynamisch.”

Hoe lang duren de meeste trajecten die jij begeleidt?

“Dat verschilt per situatie. Een standaard ambulant traject bestaat uit vijf gesprekken. Als er meer tijd nodig is, kunnen we een vervolgmodule inzetten. Soms begeleiden we cliënten ook in een AWARE-traject. In dat geval blijven we betrokken zolang het gebruik van de AWARE-knop nodig is, en dat kan per situatie sterk verschillen.

Het doel is altijd om toe te werken naar duurzame veiligheid, maar de weg daarheen is niet voor iedereen even lang. Sommige cliënten hebben aan één module genoeg, terwijl anderen langere ondersteuning nodig hebben. We kijken telkens wat nodig is in de specifieke situatie.”

Zijn er ook korte hulpvragen of snelle interventies?

“Zeker. Hoewel wij vooral ambulante trajecten doen, hebben we ook een adviserende rol. Ketenpartners zoals de politie of Veilig Thuis bellen regelmatig om advies in te winnen bij een casus, bijvoorbeeld om te overleggen of Blijf Groep passende hulp kan bieden.

Wanneer wij een aanmelding ontvangen, starten we altijd met een intake. Daarna bespreken we de situatie met de gedragsdeskundige om te bepalen welke hulp het beste past. Dat kan van alles zijn: een ambulant traject, een AWARE-traject, opvang via het Oranje Huis Thuis-traject, een noodbed of een crisismodule.

Soms blijkt uit de hulpvraag dat iemand vooral last heeft van ervaringen uit het verleden en daarover wil praten. In zulke gevallen adviseren we soms eerder een psycholoog. Het hangt helemaal af van wat de cliënt nodig heeft. We sluiten aan bij de situatie, of dat nu vraagt om directe actie of een kort adviesgesprek.”

Werk je volgens bepaalde methodieken of werkprocedures?

“Ja, bij Blijf Groep werken we met verschillende methodieken en werkprocedures. Een belangrijk uitgangspunt is het Oranje Huis aanpak, waarmee we huiselijk geweld bespreekbaar maken in de thuissituatie. Daarnaast werken we met de Top 3-methodiek, met als doel om de veiligheid in gezinnen te verbeteren en patronen van onveiligheid te doorbreken. Dat doen we door het gezin en professionals te betrekken bij het proces. 

Vanuit eerdere werkervaring neem ik ook elementen mee van motiverende gespreksvoering, herstel- en systeemgericht werken. Tegelijkertijd speelt ook je eigen persoonlijkheid een rol. Hoe je als professional in het contact staat, is minstens zo belangrijk. Het gaat niet alleen om methodisch werken, maar ook om wie je bent in de samenwerking met de cliënt.

Naast begeleiding bieden we ook trainingen aan cliënten, zoals weerbaarheidstrainingen STERK en de En nu ik!-training. Die helpen hen om stap voor stap regie terug te pakken en sterker in het leven te staan.”

Met wie werk je het meest samen binnen de organisatie?

“Binnen Blijf Groep werk ik het meest samen met politie, Veilig Thuis, jeugdteams en de jeugdbescherming. Daarnaast heb ik ook regelmatig contact met collega’s van de residentiële opvang, vooral wanneer cliënten vanuit mijn begeleiding worden doorgeplaatst. Soms werk ik ook samen met andere locaties binnen de organisatie, afhankelijk van waar de cliënt verblijft of wat er nodig is in de begeleiding.”

Hoe ziet de samenwerking met collega’s eruit, ook al ben je veel onderweg?

“Ondanks dat we veel onderweg zijn, is het contact met collega’s heel nauw. We bellen vaak met elkaar, bijvoorbeeld om ’s ochtends even kort door te nemen wat ieders planning is. Als je vragen hebt of ergens over wilt sparren, pakken we gewoon de telefoon. Dat gebeurt ook spontaan, bijvoorbeeld na een huisbezoek waarbij je iets wil bespreken of overleggen. Die korte lijntjes zorgen ervoor dat je je verbonden blijft voelen, ook al zie je elkaar niet dagelijks.”

Zijn er vaste momenten waarop jullie als team samenkomen?

“Ja, we hebben wekelijks ambulant overleg. Daar bespreken we casuïstiek en delen we ervaringen. Daarnaast nemen we soms ook bewust de tijd om met elkaar te lunchen of bij te praten. Dat komt niet vanuit een verplichting, maar vanuit onszelf. We vinden het belangrijk om die verbinding met elkaar te blijven houden.”

Wat geeft jou de meeste voldoening in dit werk?

“Het meest waardevol vind ik dat ik mensen mag begeleiden in een heel kwetsbare fase van hun leven. Dat ik daar even onderdeel van mag zijn, en getuige mag zijn van de stappen die zij zetten, vind ik bijzonder. Ik heb zelf geen vergelijkbare ervaring in mijn privéleven, dus ik kan me alleen maar voorstellen hoe moeilijk het moet zijn om die stappen te zetten. Daar is zoveel moed voor nodig. Ik kan adviseren en begeleiden, maar uiteindelijk doen zij het zelf. Daar heb ik enorm veel bewondering voor.

Als we samen toewerken naar een situatie waarin de veiligheid weer is gewaarborgd, geeft dat me voldoening. Dan kan ik een traject met een gerust hart afsluiten.”

Weet je of de rol op andere locaties van Blijf Groep er anders uitziet?

“Er zijn zeker verschillen tussen locaties, met name in hoe het proces rondom aanmeldingen is ingericht. Bij ons in Wormerveer kiezen we er bewust voor om de aanmeldingen van netwerkpartners zelf op te pakken. We vinden het belangrijk om daarin direct contact te hebben, zodat we snel kunnen schakelen. Op andere locaties gaan alle meldingen vaak via de bureaudienst. Dat werkt ook, maar wij geloven juist in het voordeel van die korte lijnen met de mensen in het veld.”

Zijn er dingen waarvan je denkt: dat is echt specifiek voor Wormerveer?

“Wormerveer is natuurlijk een kleiner dorp, en ook de regio’s Zaanstreek en Waterland bestaan uit relatief kleinschalige gemeenten. Daardoor is het hier extra belangrijk om goed samen te werken met netwerkpartners. Die korte lijntjes maken echt het verschil. We zetten sterk in op een integrale aanpak, waarbij veiligheid, samenwerking en snel schakelen met andere organisaties centraal staan. Dat voelt heel eigen voor deze regio.”

De invulling van de functie ambulant maatschappelijk werker kan verschillen per locatie. Heb je interesse om bij ons aan de slag te gaan en wil je meer weten? Neem dan contact op met onze recruiter Ana Vera-Baeza via werkenbij@blijfgroep.nl